Twee weekends geleden zijn we naar de marmergroeven rond Carrara gaan kijken. Ik heb nu in de cursus "Art History" die ik volg al zo veel beelden gezien, en we zijn zelfs al op bezoek geweest in de "bottega" van de Duomo. Dat is de werkplaats waar de beelden voor de Duomo gemaakt worden. Deze bottega bestaat al sinds 1293 of zo, het jaar dat ze met de bouw van de Duomo begonnen zijn. Omdat het marmer in weer en wind staat, en dan erodeert, moeten de beelden om de zoveel tijd vervangen worden. Wij hebben daar een beeldhouwer aan het werk gezien. Ze werken met een soort ijzeren harnas waaraan ze staven in- en uit kunnen draaien om de maten van het beeld van bepaalde punten over te brengen. Ook vroeger werkten de beeldhouwers zo. Ze maakten eerst een beeld van klei of iets anders, en daarna brachten ze de maten over en kapten ze het uit marmer. Alleen Michelangelo deed het niet, hij vond dat je uit een marmeren blok uit moest halen wat er in zat, en niet moest "foefelen".
Maar ik wilde dus wel eens weten waar het beroemdste (en naar 't schijnt ook beste) marmer ter wereld vandaan komt. We hebben de bergen al wel in de verte zien liggen. Van waar we naar het strand gaan, lijkt het in de zomer of er sneeuw op die bergen ligt. Maar nu hebben we ze van dichtbij gezien. Ze knabbelen de bergen er echt af. En het is een raar zicht om bergen met marmeren muren (waar ze net blokken hebben uit gesneden) te zien.
We hebben ook een wandeling in de bergen gemaakt. We vertrokken vanuit een klein dorpje met (uiteraard) een marmeren dorpsplein. Van daaruit wandelden we op een pad door de bossen naar een verlaten dorpje. Het was alsof we in een sprookje waren, zo mooi was het daar.
Onderweg zagen we in de verte ook de zee liggen. Bijna boven, kwamen we een kudde geiten met bellen rond hun nek tegen. Luka wilde er persé eentje aaien, maar de geiten dachten er anders over. Er kon zelfs geen foto van af. Ietsje verder kwamen we een paar jagers tegen, en die hadden een jong geitje vast dat heel de tijd aan het bleiren was. Dat was waarschijnlijk verloren gelopen, ze brachten het terug naar de kudde. Konden we toch een geitje aaien.
in het dorpje stonden nog een paar goed onderhouden huizen, waarschijnlijk zomerverblijven. En we zagen er ook een hippiekoppel, waarvan we denken dat ze er permanent wonen en de herders van de kudde zijn. Het is daar wel erg afgelegen, een uur goed doorstappen voor je aan een weg bent.
Omdat we toch niet ver van de zee waren, zijn we daar naar de zonsondergang gaan kijken.
Vlak bij de haven van waar ze het marmer verschepen. Om de kust daar te versterken, hebben ze er niet beter op gevonden dan een dam op te werpen van een hele boel marmeren blokken. Maar 't is zoals Jan zegt, dat is nu eenmaal wat ze hier hebben. 't Zou raar zijn als ze van ergens anders andere stenen zouden aanslepen. Er waren hoge golven, die tegen de marmerblokken uiteen spatten. Spectaculair om te zien.
Het is hier ondertussen nog altijd schitterend weer. Niet te geloven dat de zon zo veel kan schijnen en dat het zo weinig kan regenen (het is hier ook wel uitzonderlijk droog). De vorige twee weken is het hier 's nachts ook heel koud geweest. Elke nacht vriezen, en dan overdag de zon. Op windstille dagen was het overdag dan zo goed dat ik zonder jas buiten in het zonnetje kon zitten. Een groot contrast met 's morgens. Toen ik vorige dinsdag de kinderen naar school bracht, was het daar - 7,5 °C! Wel gek dat het hier boven op onze berg niet zo koud wordt, bij ons was het dan maar - 2,5°C.
Heel veel groetjes,
Inge & Co