Toen ik 17 was, leerden we in de aardrijkskundeklas bij meneer van Otterdijk over vulkanen. We leerden dat er verschillende vulkaantypes waren, waaronder het Stromboli-type. Dit type vulkaan barst heel regelmatig uit, met voorspelbare, niet gevaarlijke erupties.
Wauw... ! Dacht ik toen. Die wil ik ooit wel eens zien!
Toen ik 40 was (ja ja, mijn leven is nu echt begonnen), woonden we in Italië. En ook de Stromboli ligt toevallig in Italië. Die kans konden we natuurlijk niet laten schieten. De Stromboli is één van de Eolische Eilanden (je weet wel, die waar de god van de winden woonde en waar ook Aeneas nog gepasseerd is), die op hun beurt net ten noorden van Sicilië liggen. Niet echt bij de deur, maar close enough.
Op 25 april (nationale feestdag in Italië en dus een vrije dag) vertrokken we met de auto richting zuiden. We vertrokken voor ons doen heel vroeg (om 6 uur 's morgens) omdat we twee veerboten te halen hadden. Tot Napels ging de rit heel vlot. Goede autostrade, helemaal niet druk. Daar reden we met een grote boog rondom de Vesuvius. Indrukwekkende berg!
En toen waren we echt in het zuiden. We hadden een paar dagen tevoren in de krant gelezen dat de werknemers van het Nationale Park in de krater van de Vesuvius gekropen waren. Uit protest omdat ze het beu waren dat er nooit geen geld was voor enig onderhoud. Wel, we begrijpen die mannen.
De autostrade ten zuiden van Napels is één grote bouwwerf. Mijn juf Italiaans, die van daar is, had ons al gewaarschuwd. Ze zijn daar naar 't schijnt al 25 jaar aan de weg aan het werken...
Maar 't is daar wel prachtig. We reden door de regio's Campanië, Basilicata en Calabrië. Ik had nooit gedacht dat het daar zo groen was in het voorjaar, en dat er zo'n hoge bergen waren.
We kwamen er wel een staaltje typisch Italiaans sjoemelen tegen. 's Middags wilden we in een groot winkelcentrum (à la Wijnegem shoppingcenter) gaan eten, en we zochten een plekje op de parking. Om de zoveel tijd zagen we wat aftandse strandstoelen staan, met aftandse (meestal zonder tanden) mannen er in. Toen we geparkeerd waren, kwam er eentje naar ons toe en vroeg om geld. Zogezegd om op onze auto te passen. We hadden al gehoord dat dit bestond. Blijkbaar bestaat de kans dat je auto er niet meer is als je niet meespeelt en betaalt. En effectief, iedereen betaalt daar ook.
Op 't puntje van Italië's teen aangekomen, moesten we de veerboot op naar Sicilië. Dat ging heel vlot, elke 40 minuten vaart er een boot. Ik had op een website gelezen dat Caronte & Tourist de oude overzetboten die naar Texel vaarden gebruiken, en inderdaad kwam de boot me wel bekend voor. Vooral dan het dek waar je buiten kon, herinner ik me nog uit mijn jeugd.
Op de terugreis kwamen we op een boot terecht die de "Vestfold" heet, en waar er nog borden met Scandinavische teksten hingen. Waarbij je als je die bekijkt, een vaag gevoel krijgt dat er in Noorwegen toch minder mensen per boot vervoerd werden.
Die Italianen maken er niet te veel poespas van. Eenheid in hun vloot is blijkbaar niet belangrijk, als 't maar vaart. We zijn heel aan de overkant geraakt.
Op Sicilië aangekomen, moesten we nog een dik half uur rijden tot Milazzo. Van daar vertrekken de boten naar de Eolische Eilanden. We vonden een typisch Italiaanse garage, zo eentje waar je je sleutel moet afgeven en waar de familie (vader, zonen en een paar neven) alle auto's op een hoop parkeert en waar een spelletje "rush hour" gespeeld moet worden om je auto daarna er weer uit te krijgen. We lieten onze auto daar achter en werden naar de haven gebracht.
Daar namen we een catamaran naar Lipari, het grootste van de Eolische Eilanden.
Na een uurtje varen kwamen we dan aan op de Eolische Eilanden. Het is daar één groot (geologisch) pretpark, maar dan in 't echt!
We zagen vulkanische fumarole activiteiten en uitbarstingen. Niet op National Geographic, maar in 't echt.
We zwommen in water waarin het broebelde. Niet in Center Parcs, maar in 't echt.
We gingen in een modderbad. Niet in een wellnesscentrum, maar in 't echt.
Het water was heel klaar en prachtig blauw. Niet met badolie, maar in 't echt.
We zagen een hele collectie vulkanische stenen en kristallen. Niet in een museum, maar in 't echt.
We zagen dolfijnen van op een meter afstand. Niet in het Boudewijnpark maar in 't echt.
En ik zag de Stromboli. Niet in een aardrijkskundeboek, maar in 't echt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten